FANTASTIC FOUR (BLU-RAY)
Bespreking door: Werner - Geplaatst op: 2009-05-27
FILM
Wetenschapper Reed Richards (Ioan Gruffudd) heeft voor een héél groot percentage in de winst (75 om precies te zijn) een pact gesloten met de rijke industrieel Victor Von Doom (Julian McMahon), om onderzoek te doen naar kosmische straling op diens ruimtestation. Tussen Richards en Von Doom staat, naast een jarenlange rivaliteit, ook nog een vrouw: Sue Storm (Jessica Alba), die uiteindelijk voor Victor heeft gekozen omdat Reed te lang wachtte en dus zijn kans verkeken heeft. Naast het trio gaan ook Reeds assistent Ben Grimm (Michael Chiklis) en piloot Johnny Storm (Chris Evans) mee de ruimte in. Wanneer de kosmische storm echter vroeger aankomt dan Reed had uitgerekend, worden de passagiers met een hoge dosis onbekende radioactieve straling besmet die hun DNA fundamenteel verandert. Reed wordt zo Mr. Fantastic, die kan uitrekken als een elastiek, Sue Storm The Invisible Woman, die naast onzichtbaar worden ook krachtvelden kan oproepen en Johnny die zich als The Human Torch spontaan tot op extreme temperaturen kan laten ontbranden en ie en passant nog kan vliegen ook. Wie echter de meeste schade aan het avontuur heeft overgehouden is Ben, die veranderd is in een soort rotsachtig wezen dat betiteld wordt als The Thing. Anders dan zijn drie vrienden kan Ben zijn exuberante kracht niet willekeurig oproepen en weer laten verdwijnen, waardoor zijn vrouw Debbie (Laurie Holden) hem als een monster ziet en hem aan de kant schuift. Mede door de proactieve Johnny, die zich gedraagt als een rockster, worden de Fantastic Four bekend in de media en krijgt Reed genoeg fondsen toegschoven om een machine te bouwen die de gevolgen van de straling omkeert. Victor Von Doom staat echter intussen op de rand van het bankroet en hij houdt angstvallig verborgen dat ook hij bestraald is, waardoor hij langzaam in een metalen monster verandert. Von Doom is echter een meester in het tegen elkaar opzetten van de vier protagonisten en vooral Bens wens om weer "normaal" te worden is voor hem de openingszet in een schaakspel, bedoeld om de vier pionnen omver te werpen.
Met Fantastic Four probeert regisseur Tim Story een graantje mee te pikken van de zovele comicverfilmingen die de laatste jaren het grote scherm halen en na The Hulk en Spiderman heeft hij nog maar eens gegokt op een creatie van Marvel-veteraan Stan Lee. Nu variëren de superheldadaptaties van de laatste jaren tussen ronduit briljant (X-Men en recent nog de serieuze doorstart van Batman) tot hondsbelachelijk (de terechte Razzie-winnaar Catwoman), en heeft Marvel de onhebbelijke gewoonte om, terend op een paar successen, zichzelf te verheerlijken dat het geen naam heeft. In de eerstgenoemde voorbeelden wordt naast een stereotiep verhaal van mensen die om de één of andere reden (radioactieve straling, evolutie, vergif) superkrachten krijgen en het moeten opnemen tegen mensen die exact hetzelfde soort krachten gebruiken als dienaars van het kwaad, vaak bijzonder veel aandacht besteed aan de uitwerking van de karakters, en sommige van die films worden ook nog eens gevolgd door een steengoed vervolg, zoals X-Men 2. Aan het andere einde van het spektrum vinden we films als Elektra, waarin bijzonder weinig karakteruitwerking zit, maar die in de eerste plaats als martial arts-demonstratie fungeren.
Fantastic Four valt zo een beetje tussen twee stoelen. De aanpak waarbij de superhelden eens voor de verandering niét in de anonimiteit leven, werkt tot op zekere hoogte, maar er zitten enkele enorme plotholes in het scenario - hoe bijvoorbeeld Ben na zijn transformatie tot The Thing vanuit Zwitserland naar Amerika kan vervoerd worden zonder dat er melding wordt gemaakt van een speciaal transport, is ons een raadsel, alsook het feit dat mensen die besmet zijn met een onbekende radioactieve straling na een dagje observatie - waarbij overigens niemand de moeite neemt om een beschermend pak te dragen - weer vrolijk naar huis mogen. En dan hebben we het nog niet gehad over het feit dat een hittezoekende raket midden in een drukke stad recht op The Human Torch duikt, nog vóór die zichzelf laat ontvlammen. Kortom, er is iets mis met de timing van de film, wat bijvoorbeeld goed te merken is in de scène waarin Ben en Debbie zonder boe of ba met elkaar breken. Als aanzet voor een mogelijke reeks sequels is er natuurlijk wat tijd nodig om het klassieke genesisverhaal uit de doeken te doen, waardoor de eigenlijke actie naar de tweede helft verdrongen wordt. Nu voelt de hele film aan als één grote prequel voor een klap die nog moet komen en het blijft natuurlijk de vraag of na een min of meer teleurstellend eerste deel het publiek er nog wel pap van zal lusten. De special effects zijn dan weer redelijk goed gedaan, alhoewel vooral grossiers in autowrakken er schijnbaar aan verdiend hebben. Ook het acteerspel van de helden is variabel: Michael Chiklis (The Shield) komt meer dan behoorlijk uit de verf als getormenteerde held-tegen-wil-en-dank, ongeacht de metersdikke lagen make-up, maar voor een dom blondje als Jessica Alba is het blijkbaar al moeilijk genoeg om haar teksten vanbuiten te leren, laat staan enig gevoel in haar rol te leggen. En het enige wat Chris Evans met zijn overgeacteerde machogedrag bij de kijker opwekt, is ergernis. De scène waarin hij een potje gaat motorcrossen op TV staat helemaal haaks op het scenario en draait het moeizaam opgebouwde ritme van de film plots met de helft terug. Ook lijkt het alsof bepaalde scènes gesponsord zijn door skitouroperators die wat product placement best wel zagen zitten. Ook de soundtrack is in hetzelfde promotionele bedje ziek: de cd is opgebouwd met een twintigtal artiesten die graag een graantje meepikken van het succes, maar de functionaliteit in de film van het gebruikte materiaal is nul komma niks. Sommige nummers zijn zelfs helemaal niet in de film terug te vinden. Weet u bovendien waarom Victor Von Doom een gevallen mogul is die zijn bedrijf ziet verkruimelen en daar stapelgek van wordt? Omdat zijn personage grotendeels geënt is op dat van Norman Osborn uit de eerste Spiderman-film, met dat verschil dat Willem Dafoe veel meer capaciteit in huis heeft om een schizofrene gek te spelen dan, laten we zeggen, Julian McMahon.
Als popcornspektakel waarover je initieel niet te veel verwachtingen mag koesteren, is Fantastic Four nochtans best te genieten, maar het donkere en ook wel epische trekje dat in de X-Men-films terug te vinden is, alsook het zelfspottende element uit de Spiderman-franchise, blijft hier jammer genoeg ofwel een beetje afwezig, ofwel beperkt het zich hier tot het herkauwen van analoge grappen. Kenmerkend is het geintje annex onlogische scenariokronkel dat het ruimtepak dat de astronauten bij hun ongeluk droegen, hun eigenschap heeft overgenomen, of het nu over rekbaarheid, onzichtbaarheid, vuurvastheid of gewoon een XXX-large gaat; in X-Men neemt Wolverine zich de vrijheid een subtiel grapje te lanceren over de yellow spandex, die er bij de fans als koek inging, maar hier is het blijkbaar nodig dat de scenaristen de éne nog werkende hersencel bij de kijker de moeite van het nadenken besparen, wanneer de truttige Jessica Alba haarfijntjes komt uitleggen wat er met de pakken aan de hand is. Het sérieux is in sommige scènes ver te zoeken: Ioan Gruffudd wordt verondersteld de leider van de Fantastic Four te zijn, maar met de manieren waarop hij zijn rekbaarheid gebruikt, lijkt hij eerder op het hoofdpersonage in een Looney Tunes-cartoon. Wat echter fijntjes is overgenomen uit de reeks stripverhalen is het uitspelen van de helden tegen elkaar - vooral The Human Torch en The Thing zijn niet echt boezemvrienden - en op dat vlak zitten er niet te veel gekunstelde dialogen in de film. Samengevat: drie redenen waarom u de film moet gaan zien: (1) Michael Chiklis' bikkelharde - wij mogen ook al eens een cheesy grapje debiteren, nietwaar? - vertolking van The Thing, (2) de scène waarin een brandweerwagen een ongeluk krijgt, en (3) de speciale effecten. Drie redenen waarom u beter wegblijft: (1) het gebrek aan een achtergrondverhaal, (2) de afschuwelijk slechte muziekscore, en (3) Jessica Alba.
BEELD EN GELUID
We vergelijken even met de dvd-versie. De beeldkwaliteit van deze film is aanvaardbaar: het beeld is constant gedetailleerd genoeg om de speciale effecten goed in de verf te zetten, alsook texturen zoals de huid van The Thing, alhoewel alle huidskleuren een beetje oververzadigd zijn richting rood. De zwartniveaus zijn echter niet altijd even contrastrijk en af en toe neigen de diepste zwarttinten een beetje naar het grijs. Hier en daar ziet het geheel er wat te zacht en te weinig afgelijnd uit, waardoor de randen niet even goed geprononceerd zijn, zo bijvoorbeeld de scènes in het ruimteschip van Von Doom. En een fijne laag grain moet u er ook maar bijnemen. De DTS-HD MA 5.1-track breekt potten. Het is makkelijk om meegedreven te worden in alle richtingen; de surroundkanalen hebben bijna voortdurend werk te verrichten en houden de druk op de ketel, terwijl in bombastische scènes zoals die waarin er een brandweertruck van een brug dreigt te rijden, kraakt en rommelt het dat het een lieve lust is. Het gaat er niet altijd even subtiel aan toe, de elektrische storm bijvoorbeeld die Von Dooms ruimtestation overspoelt gaat gepaard met een tsunami van kracht, maar de nuance blijft in alle omstandigheden netjes behouden. Voor een film die intrinsiek zijn meerwaarde van dit soort speciale effecten moet hebben, is dat mooi meegenomen.
EXTRA'S
Qua extra's is deze disk een rip-off. Enkel het audiocommentaar van Ioan Gruffudd, Jessica Alba en Michael Chilkis is van de rijkgevulde 2-disk dvd overgenomen; voor de rest is dit een beschamend slecht voorziene release.
CONCLUSIE
Fantastic Four schiet een paar maten te kort om een echte briljante comicverfilming als X-Men naar de kroon te steken; we vermoeden dat de keuze voor Tim Story als regisseur niet zo fantastic was. Desondanks is de film best te pruimen, maar de kale Blu-rayversie is vernederend.