:: ARTIKELS ::
TEN MOVIES MET ANTHONY PALAIA
Type: Interview - Datum: 2021-05-23 - Geplaatst door: Didier
TEN MOVIES MET ANTHONY PALAIAIn onze reeks “tien films die een leven veranderden” laten we deze keer een Vlaamse auteur aan het woorden: Anthony Palaia van wie die dit jaar Ranke Kuiten, en dit na zijn alom geprezen debuut Relatief Ongeschonden waarin de lezer in het hoofd van een genadeloze psychopaat kruipt. Dit zijn de tien gekozen films van Anthony.
Anthony Palaia: "Tien films. Wat een ontzettend moeilijke opgave aangezien -tig films een impact hebben gehad op mij en (on)rechtstreeks een factor spelen in mijn bescheiden carrière als auteur. Een film is voor mij geen amusant tijdverdrijf. Cinema leeft, ademt, kan mijn ziel overnemen als het ware. Veel films raken echter niet door die eeltlaag van mijn ziel heen maar als ze sterk genoeg zijn om dat wel te kunnen is het genot eens zo hoog. Natuurlijk zijn er de ‘gekende’ films waarvan ik ontzettend veel hou, en die als tiener (en nog steeds) een enorme impact op mij gehad hebben, maar iedereen kent films als The Godfather, The Goonies etc. dus ga ik het hier houden op films die misschien voor de overgrote massa wel ergens een belletje doen rinkelen maar helaas onder de radar bleven."
THEY SHOOT HORSES, DON’T THEY (Sidney Pollack, 1969)
Wat een weergaloze en uiterst deprimerende film. Ik bekeek hem voor het eerst op de filmschool, waar ik meer feestte dan studeerde. Het verhaal is waanzinnig. Een slopende dansmarathon met een geldprijs voor the last couple standing in tijden van de Grote Depressie. De thematiek is nog steeds brandend actueel. Buit de armen uit, gooi ze een snoepje toe en laat de hogere klasse toekijken. Ver zijn tijd vooruit, want de film laat eigenlijk al zien hoe de media anno 2021 is afgebrokkeld en scoort via de goedkope sensatie van reality-televisie (ondanks het feit dat er geen enkele camera in beeld komt). De ‘derby’ scene is van een absurd meesterlijk hoog niveau, één van de beste scènes ooit vertoond op het witte doek. Ik kijk nog steeds met open mond naar dit technisch hoogstandje. De montage doorheen de film hoort tot een van de beste ooit. De acteerprestaties zijn weergaloos, Jane Fonda speelt de rol van haar leven. Bij elke rewatch hakt deze film nog meer in op mijn gemoedstoestand. Menselijk puin werd bijna nooit mooier in beeld gebracht.
THIEF (Michael Mann, 1981)
Mijn favoriete film aller tijden. Deze misdaad/neo-noir film is voor mij genieten van het begin tot het einde. Ik heb ‘m op VHS maar deze parel dient gekeken te worden in de hoogste kwaliteit, zo komt het vakmanschap van Mann en Thorin (DOP) pas echt tot zijn recht, daarmee dat ik de Arrow Blu-ray heb aangeschaft. Het verhaal is simpel. Een oude dief doet nog een paar klussen voor de georganiseerde misdaad en hij wil ermee kappen. Maar de film is zoveel meer dan dat. Het is een portret van een dief, op een keerpunt in zijn leven, vertolkt door de onnavolgbare James Caan. Een klootzak waar je niet anders kan dan van houden. Elke scène, elk shot is een streling voor het oog en de heist is meesterlijk uitgevoerd en neemt rustig de tijd om op te bouwen, een verademing tegenover de moderne film waarbij alles aan een rotvaart voorbij gescheurd komt.
BRUSSELS BY NIGHT (Marc Didden, 1983)
Vraag aan de doorsnee Vlaamse filmfan welke hij de beste nationale film vindt en ik ben er zeker van dat deze op geen enkel lijstje zal terugkeren. Sterker nog, ik denk dat de doorsnee Vlaamse Filmfan niet of heel vaag van deze absolute parel heeft gehoord. We volgen Max (vertolkt door een schitterende Francois Beukelaers) die de trein naar Brussel neemt en daar doelloos rond zwerft, oppervlakkige vriendschappen sluit en op weg lijkt naar nergens. Het is een pakkend psychologisch drama over een geest die langzaam aan afbrokkelt, in een rauw en vuil Brussel. Het rondzwerven van Max is prachtig geschoten, onder een geweldige soundtrack, en de kunst bestaat eruit dat Didden de leegte, het deprimerende op een werkelijk mooie manier in beeld brengt. De dialogen zijn ad rem, er is op tijd en stond tijd voor een werkende komische (en vooral droge) noot en het eind is een klets in het gezicht.
DEEP RED (Dario Argento, 1975)
Naast de liefde voor cinema in het algemeen verdiep ik me ook in de Italiaanse genrecinema, meer bepaald de poliziotesschi (Italiaanse flikkenfilms) en de giallo films uit de jaren zestig en zeventig. Deep Red was op veertienjarige leeftijd mijn kennismaking met het genre en toegegeven, het zei me toen niet veel. Een giallo is zoals een whisky. Je leert het pas waarderen op zekere leeftijd, in combinatie met ervaringen en kennis die je opbouwt doorheen de jaren als filmfan. Toen ik jaren later Deep Red opnieuw zag werd ik weggeblazen. Wat een giallo een giallo maakt moet je maar zelf opzoeken, anders zijn we hier nog even bezig. Maar in dit specifieke genre staat deze met stip op nummer 1. Argento is meester in het kleurgebruik (cfr. het fenomenale Suspiria) en ook hier tieren de kleuren weer welig, om nog maar te zwijgen over de haast toneelachtige shots en de ode aan het Nighthawks-schilderij van Hopper. Het is een gelaagde film, en handelt zoals alle gialli over een moordenaar. Voor het tijdperk-Argento waren de gialli braver qua geweld, het is Argento die een nieuwe standaard hanteert door het gebruik van extreme moordsequenties, die ondanks de brutaliteit altijd stijlvol in beeld gebracht worden. Maar Deep Red is zoveel meer dan het geweld. Deep Red is cinema van de bovenste plank, hetzij op een iets extremere manier dat de doorsnee filmfan gewend is.
ANTICHRIST (Lars von Trier, 2009)
Ik ben geen fan van de Dogma-reeks maar ik ben een grote fan van Lars in zijn depressieve periode, waar hij de beste van zijn films gemaakt heeft. Ik hou van de wreedheid van de mens en de natuur en alles wat daarrond draait. Het is een uitdaging om zulke verhalen in een geslaagd narratief te gieten, en Lars doet dit hier perfect. Veel cinemaliefhebbers vinden dit verwaande cinema, ik ben het daar niet mee eens. De scènes ogen soms grotesk en zijn pretentieus maar dat past perfect in de vibe van de hele film en zijn technisch heel knap. Die openingsscène in slow motion is weergaloos.
NETWORK (Sidney Lumet,1976)
In Twelve Angry Men werd al stevig geacteerd, in Network gaan ze nog enkele stapjes verder. Met open mond keek ik naar de vertolkingen van o.a. Faye Dunaway, William Holden en Peter Finch. Het scenario is nagenoeg perfect, en een akelige voorbode van hoe de media post 2000 is afgegleden naar goedkoop spektakel en vertier waarbij het niet meer draait om de nieuwswaarde maar om de kijkcijfers.
LOVE AND DEATH IN THE GARDEN OF THE GODS (Sauro Scavolini, 1972)
Ik heb er een levensdoel van gemaakt alle gialli en derivaten ervan te bekijken, wat op zich een hele uitdaging is als je weet dat er ongeveer een 350 verschenen zijn en waarvan een groot deel heel moeilijk te vinden zijn. Ik ben een completist en toegegeven, veel gialli zijn geen goede films. Ik hou ervan, zelfs als ze saai zijn, maar ik kan perfect onderscheid maken tussen goed, vervelend en ronduit slecht. Maar als je je in zo’n project verdiept word je af en toe eens van je sokken geblazen door een obscure titel en daar doe je het dan voor. Love And Death In The Garden of The Gods is zo’n titel. Het is geen echte giallo, eerder een hybride met psychologische en dramatische elementen, maar een verborgen parel waarin liefde, haat en manipulatie centraal staan, gehuld in een mysterieus jasje.
DER GOLDENE HANDSCHUH (Fatih Akin, 2019)
Hier kan ik kort en krachtig zijn. Lelijkheid is nooit mooier in beeld gebracht. Ik rook, voelde en proefde de vunzigheid door het scherm heen.
WHO CAN KILL A CHILD? (Narciso Serrador 1976)
Een effectieve horrorfilm moet het niet hebben van gratuit geweld maar van sfeerschepping. Who can kill… is hier het perfecte voorbeeld van en tevens één van mijn favoriete horrorfilms aller tijden. We volgen een koppel dat aankomt op een schijnbaar verlaten eiland, tot ze op een troep kinderen stoten. Meer geef ik niet weg van de plot, en het duurt even vooraleer de film op gang komt maar dat stoort niet integendeel, het draagt bij aan de sfeerschepping en geeft de film een extra cachet. Je voelt nagenoeg al meteen een soort van onderhuidse spanning die je de hele film niet meer loslaat. Het kleurgebruik (gelig) en het gebrek aan een soundtrack dragen bij tot de spanning en naargeestigheid die op de kijker wordt losgelaten.
MARTYRS (Pascal Laugier, 2008)
Behoort samen met Who Can Kill A Child? tot mijn favoriete horrorfilms. Zoals je in de lijst opmerkt heb ik een boontje voor naargeestige films en deze spant toch wel de kroon. De film begint als een soort home invasion en maakt na een half uur een bocht van 180 graden, waarbij ik me even afvroeg of de film nu al eindigde. Helaas en goedzijdank tegelijk begon de film pas werkelijk en krijgen we een reis naar de waanzin met een esoterische en filosofische onderlaag. De film spaart niets of niemand, als zeker niet de kijker.
Andere artikels van hetzelfde type
- 2023-01-03 :: INTERVIEW BILL TECK
- 2022-10-08 :: INTERVIEW RAF GEUSENS
- 2021-11-18 :: INTERVIEW ANKE BROUWERS
- 2021-09-21 :: TEN MOVIES MET ALEXANDER DE MAN
- 2021-02-04 :: TEN MOVIES MET CHRIS CRAPS